Skip to main content

Iedereen die op Imagine Fantastic Film Festival rondloopt is gek op genre (toch?). In onze nieuwe interviewreeks Faces of Imagine vertellen onze speciale gasten, crewleden en vrijwilligers ons alles over hun liefde voor fantastische fictie.

Dit keer: special effects-tovenaar Phil Tippett, die als Guest of Honour op Imagine was om een Career Achievement Award in ontvangst te nemen en een paar van zijn favoriete films in te leiden, zoals Starship Troopers, The 7th Voyage of Sinbad en zijn eigen film Mad God.

Hi Phil! Waarom hou je van fantastische film? 

‘Ik kan simpelweg niet zonder. De eerste film die ik ooit zag, en waardoor ik verslaafd raakte aan fantastische fictie, was King Kong uit 1933. Het was 1955, ik was zes jaar oud. Daarna ging het hard. Het geldt denk ik voor iedereen op dit festival: genre zit in ons bloed, in ons DNA. We zijn ermee opgegroeid. Het is een soort drugs, je kan er gewoon geen genoeg van krijgen.’

Wat is je favoriete genre?

‘Ik denk horror, omdat ik van mening ben dat horror de spelonken van de menselijke psyche beter verbeeldt dan bijvoorbeeld sciencefiction, wat een stuk breder is. Horror is intern.’

What’s your favourite scary movie? 

‘Ik ben nog nooit bang geworden van een film. Maar ik ben groot fan van The Substance. Dat is echt de beste film die ik dit jaar heb gezien. Er is altijd al een fijne balans tussen horror en humor in film geweest. Humor kan worden gebruikt als een soort catharsis voor de horror. Starship Troopers is een goed voorbeeld. Daar zit enorm veel bloed en gore in, maar de toon is ironisch, waardoor de horror van oorlog overgaat in een conceptuele kijk op geopolitiek.’

Wat is je favoriete filmpersonage?

‘King Kong. Hij was het eerste magische wezen dat ik ooit zag. It was love at first sight.’

In welke fantasiewereld wil je wel leven? 

‘Ik zou wel willen leven in de fantasiewereld van wereldvrede, mensenliefde en de ondergang van Donald Trump.’

Which fantastical being would you like to have as a pet?

‘Ik zou wel een genie willen hebben, zo eentje die al je wensen uit laat komen.’

Do you dream at night, and what do your dreams look like?

‘Generally I don’t, but I was on medication that was amazing and that would give you these great dreams. I would wake up in the morning and spend an hour writing about what I’d dreamt. I’d go back and review it months later and every so often I’d be able to discern that a number of these dreams had a very clear statement at the beginning, and a fuzzy part in the middle and a conclusion that wrapped up the opening statement. I equivocated that to three acts of a movie. And also to consciousness, where, if you have an idea or a thought, you often don’t know how to interpret that so you need your unconscious to fill in the blanks. Your unconscious tells you what to do. That, to me, indicates – and I’ve talked to Guillermo del Toro a lot about this – that storytelling is innate, it’s within our DNA.’